Wat las ik in de Boekenweek?


Zo, de Boekenweek is voorbij, een vertrouwd evenement (sinds 1932!) dat landelijk alleen maar aandacht krijgt vanwege de traditionele openingsavond, het Boekenbal. Wie lopen er over de rode loper? Peter Buwalda ? Herman Koch, Saskia Noort, en wie is die zo vrolijk ogende, totaal onbekende vrouw? O, herken je Roos van Rijswijk niet? Goede schrijfster hoor, ontving voor haar prachtige debuutroman Onheilig (2016) de Anton Wachterprijs. Of was het toch de al even getalenteerde Nina Weijers? En waarom heeft niemand het over de broers Thomas en Daan Heerma van Voss, die hebben zo’n gevarieerd oeuvre op hun naam staan-zeer de moeite waard. Maar nee, men zeurt liever over dat we Harry Mulisch zo missen, zo vertrouwd was zijn verschijning.Gelukkig ziet Jan Siebelink, schrijver van het Boekenweekgeschenk ziet er patent uit met zijn flamboyante jasje en zeemleren doorlopers.

U begrijpt: het Boekenbal kan me gestolen worden. De Boekenweek natuurlijk niet-iedere aandacht, landelijk, regionaal en plaatselijk, voor het boek in al zijn verschijningsvormen, is mooi meegenomen. Maar lezen we ook in de Boekenweek? Ja, op 31 maart, in de trein, dan doet iedere reiziger zijn best voor te wenden dat geschenk te lezen. Zelfs de keer dat mijn held Kees van Kooten als conducteur optrad, vanwege zijn boekje De verrekijker, zat ik niet in de trein. Ik geef er nu eenmaal niet om. Wèl genoten van Kees toen hij in 2015 in De Purmaryn optrad en, meestal uit het hoofd, uit eigen werk voordroeg. Zo ongelooflijk geestig, die man.

U begrijpt: het gaat me om de inhoud. Ik heb iedere week Boekenweek, en in die week van 23-31 maart las ik Wolfskwint, Bibi Dumon Tak; en Gedichten 1960-1997, van Willem van Toorn. Ik begon aan een detective spelend in de meest westelijke uithoek van Europa, de Buiten-Hebriden: The Blackhouse, het eiland van de vogeldoders, door Peter May. (We nemen de merkwaardige Engelse titel en Nederlandse ondertitel maar voor lief.) Daar zit ik middenin, de beschrijvingen van die Hebriden zijn een feest van herkenning. De ruigheid, de weidsheid, de verlatenheid en het gevaar van de elementen wind, vuur, water en zelfs aarde vertelt May heel beeldend. Wie het gedaan heeft, dat schiet niet op, maar ach, een kniesoor...

Dan de gedichten van Willem van Toorn, die ook de meesterlijke roman De rivier schreef, en hele fraaie verhalen als De geur van gedroogde appels. Wie vindt dat poezie begrijpelijk moet zijn, moet van Toorn lezen. Eenvoudige taal, maar veel diepgang. Hij kijkt heel erg goed, zowel om zich heen als in zichzelf. Vandaar een titel als

Kijkdoos:

Alles is hier secuur/als een horloge getekend:/in de gemeentehuisdeur/echte planken, door strepen/aangeduid. Er beweegt een/ kindje zich door als een mier./De kerkklok loopt op het uur/nauwkeurig gelijk met de hemel.

Gestoord gezin


De bijzondere titel Wolfskwint kent een veel intrigender ondertitel: de geschiedenis van een gestoord gezin. Hebben we het dan nog over een roman, een bedacht verhaal? Nee, verre van, in het Nawoord-welke roman kent een Nawoord?, staat ‘ het op waarheid gebaseerde verhaal van Steffie Mons en haar familie’. En die geschiedenis heeft Bibi Dumon Tak, die ik alleen kende als geweldige schrijfster van non-fictie kinderboeken, verwerkt in een waargebeurde roman. Een schrijnend verhaal over geestelijke mishandeling, kinderverwaarlozing, ware moederliefde en verdoezeling van de waarheid. Denk aan de boeken van Yvonne Keuls: Jan Rap en z’n maat. Heel knap, zonder al te veel emotie, weergegeven. Een boek dat ik zonder mijn lidmaatschap van Leesclub Waterland nooit zou hebben gelezen, ik heb het niet op ‘waargebeurde romans’, maar als ze zijn zoals deze, dan heb ik een vooroordeel minder. Dat is een mooie opsteker. Vrolijk verder dus naar de volgende Boekenweek! U ook ?



Leo Willemse


Reacties

Populaire posts van deze blog

P.C.Hooftprijs 2019 voor Marga Minco

Boekenblog Waterland 36 In vrijheid geschreven

Uitgelezen in 2018